Vertaal
Vertalingen pijn bezorgen NL>DE
pijn bezorgen (ww.) beschädigen (ww.) ; düpieren (ww.) ; jemandem Schmerzen zufügen (ww.) ; Schmerz tun (ww.) ; verletzen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `pijn bezorgen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: knauwen
NL: pijn doen
NL: verwonden
NL: zeer doen